Zuidelijke Rekenkamer
De Zuidelijke Rekenkamer is een kennisinstelling die is opgezet door de provincies Noord-Brabant en Limburg. De rekenkamer heeft de wettelijke taak om het beleid en de uitgaven van de twee provincies te volgen en voert daarvoor onderzoek uit. Voorbeelden van recent onderzoek zijn de investeringen van de provincie Noord-Brabant in de regiodeal Eindhoven en fotonica en het beheer van een papierfabriek in de provincie Limburg. Brede thema’s waar wij onderzoek op doen betreffen infrastructuur, mobiliteit, economische ontwikkeling en fysieke leefomgeving (kwaliteit van bodem, lucht, water).
Wat waren de belangrijkste redenen voor jullie om een vestiging te openen in het gebouw Kennispoort op de TU/e Campus?
“We moesten weg van een andere locatie in het centrum van Eindhoven en wilde een alternatief in dezelfde omgeving, passend bij een kennisinstelling.”
Wat zijn jullie verwachtingen van jullie aanwezigheid op de campus? Wat willen jullie bereiken?
“Wij willen een goede buur en kennispartner zijn voor de organisaties op de campus.”
Met welke organisaties op de TU/e Campus werken jullie al samen en wat doen jullie samen?
“In onze eerste weken hebben we ons vooral gericht op kennismaking en uitwisseling met andere organisaties in het gebouw Kennispoort.”
Zijn er op de TU/e Campus nog andere organisaties gevestigd met wie jullie graag samen zouden werken?
“Voor de komende periode zijn we geïnteresseerd in uitwisseling en mogelijk samenwerking op het gebied van dataverwerking en -visualisatie. Verder hebben wij regelmatig studenten die stage bij ons lopen, nu nog vaak vanuit Tilburg, Nijmegen, Utrecht en Maastricht. Hoog tijd dat we ook een keer iemand van de TU/e een onderzoeksstage kunnen laten doen!”
Waarmee kunnen jullie de overige organisaties op de TU/e Campus van dienst zijn?
“Wij hebben goede contacten met en kennis van overheidsinstellingen, in wiens opdracht wij werken. Dat betreft als eerste het bestuur van de provincies Noord-Brabant en Limburg. Daarnaast hebben we veel contact met gemeenten en andere kennisinstellingen in die twee provincies en tot slot met partners op nationaal niveau (algemene rekenkamer, rijksoverheid).”